Katern

‘Wat vliegt daar in Nieuwegein’

Begin november 2009 zag het boek: “Broedvogels in Nieuwegein” het licht. In dit boek worden alle vogelsoorten beschreven die binnen de gemeentegrenzen van Nieuwegein broeden en er is ook o.a. in te vinden wat de vogelbevolking van elke wijk is. Een CD met vogelgeluidopnamen uit Nieuwegein completeert het boek. Luc de Bruijn, één van de auteurs van het boek, beschrijft elke twee weken een vogelsoort uit onze gemeente op De Digitale Stad Nieuwegein. Deze week de ‘Kauw.’
Luc de Bruijn: ‘Na de ekster, gaai, roek en zwarte kraai is de kauw de 5e kraaiachtige die in grote aantallen in ons land broedt. De eigenschappen van die andere kraaiachtigen slaan voor een groot deel ook op de kauw: slim, zwart, eier- en kuikenrover. De eigenschap die hem samen met de roek wél onderscheidt van de anderen is dat deze twee soorten sociale vogels zijn, die vaak in kolonies bij elkaar broeden. Kauwen zijn daarbij bijzonder omdat ze een paarband voor het leven sluiten. Als een van de twee partners overlijdt schijnt de ander de rest van zijn leven alleen te blijven. De paarband kan je zelfs meestal in een grote groep overvliegende kauwen terugzien: ook in de groep vliegen ze in tweetalletjes.”Het broeden in een kolonie brengt met zich mee dat de vogels goed met elkaar kunnen communiceren. En dat kunnen kauwen: ze maken behalve veel soorten geluiden ook vooral veel geluid. De geluidsopname laat achtereenvolgens een enkel paartje horen en daarna een grote groep kauwen en kraaien die ‘s ochtends van hun slaapplaats vertrekken (kauwen kraaien en roeken slapen vaak met grote aantalllen samen bij elkaar in een veilig bosjes of een griend, zoals bijvoorbeeld in Oudegein.) Aan het geluid is te horen hoe de kauw aan zijn naam komt.”In Nieuwegein is de kauw een algemene broedvogel, die in veel wijken wordt aangetroffen, maar toch vooral in de wat oudere wijken waar de huizen holtes bevatten, en verder in alle bosjes met bomen die oud genoeg zijn om veel holtes te bevatten, zoals Rijnhuizen en het Pastoorsbosje bij de Nicolaaskerk in Jutphaas (in totaal zo’n 370 paar). Mocht u moeite hebben een kauw van een zwarte kraai of roek te onderscheiden, let dan vooral op het kleinere formaat en de grijzige nekvlek in combinatie met een lichte iris in het oog.’ Klik hier voor het geluid van de Kauw welke Luc voor u heeft vastgelegd.

Wees betrokken. Reageer en geef een reactie op bovenstaand artikel!

Onze adverteerders maken pen.nl mogelijk