
Nieuwegein staat bekend als een van de jongste steden van Nederland, maar haar wortels gaan terug tot in de middeleeuwen. De gemeente ontstond in 1971 door de samenvoeging van Jutphaas en Vreeswijk. Maar tussen deze dorpen lag ooit het stadje ’t Geyn, dat belangrijke rol speelde in de handel rond Utrecht. Leer alles over de unieke geschiedenis van Nieuwegein.
Nieuwegein nu
Nieuwegein is vandaag een stad met ruim zestigduizend inwoners. De ligging ten zuiden van Utrecht maakt het een populaire woonplaats voor pendelaars. De tramverbinding en de snelwegen zorgen voor een goede bereikbaarheid. Tegelijk heeft Nieuwegein voldoende eigen voorzieningen om als volwaardige stad te functioneren.
Het gebied aan de Doorslag geeft de binnenstad een open en lichte uitstraling. De oude dorpskern van Jutphaas sluit hierop aan met historische panden, kerken en zicht op de Vaartse Rijn. Vreeswijk toont juist het maritieme verleden van de regio. De sluizen, de haven en de karakteristieke straatjes trekken bezoekers die de sfeer van het vroegere schippersleven willen proeven.
Veel inwoners zoeken ontspanning in Park Oudegein. Het park mengt recreatie met geschiedenis, omdat delen van het middeleeuwse landgoed Oudegein nog altijd zichtbaar zijn. Wandelaars passeren oude waterlopen en de resten van de woontoren die ooit bij het kasteel hoorde. Families bezoeken het Natuurkwartier, waar dieren, tuinen en kleine musea samenkomen.
Cityplaza vormt het hart van Nieuwegein. Rondom het plein liggen winkels, cafés en culturele instellingen zoals de schouwburg. Binnen de plaza vind je ook daarnaast eigentijds entertainment. Er is een kleine gokhal in de vorm van Hommerson Casino. Net zoals bij online gokken met Cruks ontdek je moderne gokkasten, maar ook klassieke multiplayers, en verschillende tafelspelen.
Ontstaan van Nieuwegein (1971)
Nieuwegein ontstond in een periode waarin de Nederlandse bevolking sterk toenam. In de jaren zestig groeide Utrecht snel en nam de druk op de woningmarkt verder toe. Tegelijk wilde de overheid het Groene Hart beschermen. Daarom werd het gebied tussen Jutphaas en Vreeswijk gekozen voor een nieuwe woonkern.
Hoewel er sprake was om beide dorpen tot stad te verheffen, besloten de gemeenteraden van Jutphaas en Vreeswijk dat één gezamenlijke stad de beste oplossing was. Op 1 juli 1971 werd Nieuwegein officieel geboren. De naam van de nieuwe gemeente verwijst naar ’t Geyn, de verdwenen nederzetting die hier ooit lag. Dit zou de nieuwe verbinding woonstad meteen een verbinding met de geschiedenis geven.
Nieuwegein kreeg een moderne opzet met brede straten en veel groen. De dorpen Jutphaas en Vreeswijk bleven herkenbare kernen binnen de nieuwe stadsgrenzen.
Oude geschiedenis van ’t Geyn
’t Geyn groeide in de twaalfde eeuw als nederzetting bij de dam in de Vaartse Rijn. Deze waterweg verbond Utrecht met de Hollandse IJssel en was dus van groot belang voor de handel. Schepen werden bij de dam gelost en de goederen konden dan verder richting de werven van de Oudegracht in Utrecht. Ambachtslieden, schippers en handelaren vestigden zich hier.
’t Geyn kreeg in 1217 toestemming om een eigen kerk te bouwen en ontving in 1295 stadsrechten van de bisschop van Utrecht. De nederzetting mocht zich verdedigen, bestuur voeren en tol heffen. Toch was de stad kwetsbaar. Door de strategische ligging vormde het gebied een strijdtoneel tussen de graven van Holland en de bisschoppen van Utrecht. Geyn werd herhaaldelijk geplunderd en in brand gestoken. De bouw van een stadsmuur kwam nooit van de grond. De handel verplaatste zich bovendien naar Vreeswijk, dat aan belang won door de aanleg van een nieuwe vaarroute. Langzaam verloor Geyn zijn functie.
Een nieuw hoofdstuk begon in 1427 toen het klooster Nazareth werd gesticht op de resten van de stad. De kloostergemeenschap trok zusters aan uit de regio en leefde lange tijd in relatieve voorspoed. Dankzij schenkingen en landbezit groeide het convent uit tot een belangrijke instelling in het gebied. Intriges, conflicten en de toenemende onrust tijdens de Tachtigjarige Oorlog maakten echter een einde aan deze periode. In 1572 verlieten de laatste zusters het klooster en raakte ’t Geyn opnieuw in verval.
Vanaf de zeventiende eeuw bleef slechts het landhuis Oudegein bestaan als tastbare herinnering aan het middeleeuwse verleden. Vandaag liggen de sporen van ’t Geyn in Park Oudegein, waar fundamenten, waterlopen en oude bomen vertellen hoe het gebied er eeuwen geleden uitzag.
Ontdek meer van De Digitale Stad Nieuwegein
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.