Diverse bewoners in Nieuwegein zijn de afgelopen week bestolen door een tweetal vrouwen die zich voordoen als medewerkers van Buurtpreventie. Het gaat vaak om oudere bewoners. Dit maakt de doelgroep extra kwetsbaar en een prooi voor criminelen die het hebben gemunt op de pinpas, portemonnee of sieraden van deze bewoners. In Nieuwegein zijn de afgelopen week drie bewoners gedupeerd. Mogelijk zijn er meer bewoners benaderd. Vooral in deze donkere dagen slaan dit soort criminelen toe.
Een bewoonster aan de Penningburg in Batau Noord laat onze redactie weten: ‘Ik was erg geschrokken en nog steeds overstuur en wantrouwig. Ik ben dik in de tachtig. Dinsdag 16 oktober belde rond 17.30 uur een tweetal vrouwen bij mij aan en vertelden mij dat zij van Buurtpreventie waren. Ik heb de beneden deur opengedaan om ze naar boven te laten komen. Ik zag de twee vrouwen staan en liet ze binnen. Toen ze zagen dat ik bezoek had vroegen ze mij of ik mevrouw van den Berg was. Nadat ik vertelde dat ik dat niet was maakte ze een excuus en vertrokken zij weer. Ongeveer een half uur later ging mijn bezoek weg, toen belden deze vrouwen weer aan en vertelden mij dat ze toch bij mij moesten zijn. Ik heb ze toen weer binnengelaten. Ze wilde de woning controleren. Een van de vrouwen ging met mij het huis door en de andere vrouw bleef in de woonkamer. Daarna gingen ze weer weg.’
De vrouw merkte kort daarop dat haar portemonnee open op tafel lag en zag dat haar bankpasje uit de portemonnee was gehaald. Zij belde in paniek haar dochter en vertelde wat er gebeurd was. Kort daarop had de dochter de bankpas geblokkeerd zodat deze onbruikbaar was geworden. De politie was ook al inmiddels geïnformeerd. De gewiekste dames belde de vrouw nog en deden zich voor als ‘politieagente.’ Zij wilden graag haar pincode weten om de pas te blokkeren. De bewoonster aan de Penningburg liet aan de ‘politie’ weten inmiddels de pas te hebben geblokkeerd. Eén van de vrouwen zij nog: ‘Dat heeft u snel gedaan.’ Daarop werd de verbinding verbroken.
Inmiddels is er aangifte gedaan en procesverbaal opgemaakt. Ook in de wijk HoogZandveld hebben deze twee vrouwen met dezelfde babbeltruc bewoners willen beroven. De signalementen van de vrouwen:
Dame 1:
– 25 – 28 jaar
– 1.65 lang
– normaal postuur
– getinte huidskleur
– zwart haar met een slag
– zwarte rok
– zwarte panty
– bruine tas om rechterschouder. Tas had lichtbeige hengsels
– sprak accentloos Nederlands
Dame 2:
– 30 – 32 jaar
– 1.55 lang
– iets meer gezet postuur dan dame 1
– getinte huidskleur
– zwart haar in een soort knot
– donkere kleding
Over babbeltrucs
“Mag ik een glaasje water?”, “Ik kom collecteren, mag ik even binnenkomen?”, of: “Ik doe onderzoek voor mijn school naar ouderenzorg, mag ik u wat vragen stellen?” Allemaal smoesjes om bij mensen in huis te komen waarvan je zou zeggen: die kent iedereen inmiddels wel. “Kennen misschien wel”, zegt oud-politieagent Bert Goselink. “Maar nog altijd zijn er mensen die erin trappen.” Goselink is instructeur voor Anders Veilig en geeft trainingen om mensen te waarschuwen voor dit soort oplichters.
“Kijk, het is zo: een overval of een winkeldiefstal, dat is erg. Maar dit komt dichtbij je eigen huis, een plek waar je je te allen tijde veilig moet voelen.” Het idee is dat vooral ouderen het slachtoffer worden van babbeltrucs. Maar Goselink sluit niemand uit: “We trappen er allemaal in.”
ONAARDIG
Veel mensen vinden het onbeleefd om een collectant op straat te laten staan als ze binnen wat geld halen. Goselink vraagt zich af waarom? “Leg het vriendelijk uit. De mensen die oprecht collecteren zijn er blij mee. Die hopen juist dat meer mensen het zo doen. Maar dan moeten de bewoners natuurlijk wel met wat geld terugkomen”, grapt Goselink.
“Mensen moeten ook bedenken dat het dievengilde een soort beroepsgroep is. Die hebben het er met elkaar over waar ze makkelijk kunnen toeslaan. Je moet in die wijk zijn, daar staat de achterdeur open, daar kan je makkelijk naar binnen sluipen.”
