Om nieuwe woningen op een duurzame en toekomstbestendige manier te kunnen bouwen, hebben de provincie Utrecht en de Metropoolregio Amsterdam (MRA) een convenant voor duurzame woningbouw opgesteld. Hierin staan ambitieuze afspraken, strenger dan de huidige wettelijke normen, zodat er sneller, goedkoper en duurzame woningen gebouwd kunnen worden. De ondertekenaars komen vooral uit de provincies Utrecht en Flevoland en de regio Amsterdam. Ook Nieuwegein tekent met 33 andere gemeenten, 3 provincies en ruim 30 marktpartijen het convenant duurzame woningbouw.
Vanuit Nieuwegein, de andere gemeenten en marktpartijen kwam het signaal dat er grote behoefte was aan afspraken op het gebied van duurzame woningbouw. ,,Bijvoorbeeld over circulariteit, natuur inclusief bouwen, klimaatadaptatie en energiegebruik. Provincie Utrecht en MRA hebben gehoor gegeven aan deze oproep en het convenant vormgegeven. Uiteraard in samenspraak met vertegenwoordigers van bouwbedrijven, ontwikkelaars en overheidsinstellingen. Het convenant is inmiddels ondertekend door meer dan 75 organisaties.’’
Olievlek
Gedeputeerde Rob van Muilekom: “Ik ben enorm trots dat dit convenant nu op tafel ligt en met inbreng van vele betrokken partijen tot stand is gekomen. Ik ben ervan overtuigd dat we op deze manier woningen echt sneller, duurzamer én betaalbaarder kunnen bouwen. Het zou mooi zijn als de afspraken uit het convenant als een soort olievlek over Nederland vloeien en nog veel meer partijen zich aansluiten.”
Wethouder Marieke Schouten, met o.a. wonen, duurzaamheid en energietransitie in haar portefeuille voor Nieuwegein noemt de ondertekening een mijlpaal: “Ik ben enorm trots dat dit convenant nu op tafel ligt en met inbreng van vele betrokken partijen tot stand is gekomen. Het convenant legt een goede basis voor het samen realiseren van woningen die passen bij onze klimaatambities. Fijn dat er zoveel verschillende partijen meedoen, hoe meer hoe beter!”
Landelijk norm
De opstellers van het convenant willen dat de afspraken over de woningbouwnormen gaan gelden als landelijke norm. Het ministerie van Binnenlandse Zaken (waar Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening onder valt) heeft al interesse getoond en volgt de uitvoering van het convenant nauwgezet.
Het convenant dient ook als platform waarin organisaties elkaar vinden om de gemaakte afspraken te vertalen naar de praktijk. Het platform, dat Toekomstbestendig Bouwen heet, wordt ook gebruikt om kennis te delen, zodat er geleerd en onderzocht kan worden op welke manier er nog duurzamer kan worden gebouwd.