Het CDA heeft schriftelijke vragen aan het college gesteld over het slechte onderhoud van volkstuincomplexen in Nieuwegein. Dit naar aanleiding van recente werkbezoeken door CDA-raadslid Horst aan de twee volkstuinverenigingen Ons Belang en Galecop in Nieuwegein. De besturen van beide verenigingen hadden het CDA benaderd met hun zorgen over de slechte staat van het groot onderhoud aan de paden en sloten op de volkstuincomplexen.
Volgens de volkstuinverenigingen is na de overdracht van de locaties De Wiers en Plettenburg in de afgelopen 20 tot 30 jaar door de gemeente geen groot onderhoud meer gedaan op locaties De Wiers en Plettenburg. De vele asfaltpaden op de volkstuincomplexen hebben een afschrijvingstermijn van 20 jaar. Deze paden zijn nu in slechte staat en hard aan vervanging toe.“De vele verzakkingen, scheuren en afbrokkelende randen zorgen voor gevaarlijke situaties, vooral voor mensen die slecht ter been zijn. Na een paar dagen regen staan er forse plassen op de paden, waardoor het complex slecht begaanbaar is”, aldus CDA-raadslid Horst.
Naast de paden hebben ook de sloten dringend groot onderhoud nodig. De leden houden jaarlijks de sloten vrij van waterplanten. Maar dat kan niet voorkomen dat de sloten steeds meer dichtslibben. De sloten moeten dan ook hoognodig worden uitgebaggerd. De volkstuinverenigingen en de gemeente lijken het al een aantal jaren niet eens te zijn over de vraag wie er voor dit soort groot onderhoud verantwoordelijk is. En dus ook wie er voor moet betalen. Reden voor het CDA om hier vragen over te stellen aan het college. Horst: “Dit is een zwaar karwei dat de leden onmogelijk zelf kunnen doen. De gemeente moet daarom snel met de verenigingen in gesprek om hiervoor een goede oplossing te vinden.”
Hoewel Nieuwegein een wethouder volkstuinen kent, vinden de volkstuinverenigingen dat de gemeente geen volkstuinenbeleid voert. De verenigingen betalen jaarlijks hun huur aan de gemeente, maar lijken daarvoor weinig tot niets terug te krijgen. De huursom verdwijnt rechtstreeks in de algemene reserve van de gemeente in plaats dat daarvoor in overleg met de verenigingen periodiek groot onderhoud wordt gepleegd aan de volkstuincomplexen. Horst daarover: “Gezien de financiële beperkingen die de gemeente heeft opgenomen in de huurcontracten van de verenigingen is het feitelijk onmogelijk dat de verenigingen kunnen sparen voor het groot onderhoud. Kortom, financieel staan de verenigingen met de rug tegen de muur.” De brief met de schriftelijke vragen vindt u hier.