Ik heb er nu al de pest over in, dat Kerst dit jaar op dinsdag en woensdag valt. Ik vermoed dat ze op maandag de 24e verkeersregelaars moeten inzetten om het autoverkeer in de nabijheid van supermarkten in goede banen te leiden.
Want crisis of niet: Kerst is Kerst en met Kerst rukken hordes vrouwen met ellenlange boodschappenlijsten uit om ‘alles in huis te halen voor de Kerst’. Meestal zijn ze vergezeld van een wat nors kijkende onwillige echtgenoot, die mee moet om te helpen sjouwen.
Laatst las ik een romantische Kerstreportage in de Libelle. Over een gang, waar de laatste boodschappen net naar binnen waren gedragen, terwijl opgewekte kinderstemmetjes door de hal schallen. Op de foto zien de kindjes er in hun stemmige witte kleertjes met zachte pasteltinten smetteloos uit. En niemand die zich afvraagt wie die zoveelste tas gaat uitpakken. Want dat doen ze gezellig samen. Als ik zoiets lees, moet ik meteen aan al die suffige kleine halletjes in Nederland denken, waar geen enkel geluid kan opklinken, is het niet omdat het plafond daarvoor veel te laag is dan wel omdat je er je kont niet kunt keren, want het schoenenrek van Ikea is weliswaar compact, maar neemt toch wel minimaal een kwart van de totale ruimte in.
Hier dan een Kerstimpressie 2011 om alvast weer even in de stemming te komen: Sterk zwetende vrouwen met opgewonden rode gezichten trekken door de winkel op zoek naar speciale producten, die ze voor hun ingewikkelde kerstrecepten nodig hebben en die ze niet kunnen vinden, omdat je niet eens weet te bedenken in welke categorie ze vallen.
Neem bijvoorbeeld Cranberry compote: staat dat ‘bij de vers’, of is dat iets ‘in blik’ of misschien wel allebei, en als het dan ‘bij de blik’ is, staat het dan bij ‘vruchten in blik’ of ‘groenten in blik’ of gewoon in het schap extreme kerstingrediënten van Herman den Blijker.
Sommige mensen gaan helemaal uit hun dak als ze alles binnen hebben. Vergenoegd knikt een wat ouder echtpaar elkaar toe: ‘Het was wel mooi dat we de laatste Cranberry compote te pakken hadden.’
Bij de kassa zit een welgevormde, zeg maar dikke kassière. Dikke mensen zijn vrolijk en deze dikke mens is ook heel wijs. Ze lacht: ‘de meeste mensen zijn blij als de Kerst voorbij is.’ Wacht effe. Dus iedereen rent zich rot om alles in huis te halen voor een tóp Kerst, maar de ervaringen achteraf leggen het ruimschoots af tegen de verwachtingen vooraf. En daarom is het veel beter om in te zetten op het einde van de Kerst.
Omdat je dan die spanning niet meer hebt van ‘wordt het waar we zo op hoopten, een ervaring waar wij het nog jaren later over zullen hebben, een gebeurtenis, die het beste uit ons heeft losgemaakt, een moment waarop ik bijvoorbeeld ineens weer wist wat de zin van het leven is en dat ik inzag dat ik wél de juiste partner had gekozen en dat ik in één oogopslag begreep dat onze drie kinderen het verschil in de wereld zouden gaan maken met al hun talenten in die schattige kleertjes.’ Zoiets. Al dan niet onder invloed van een glas ‘omfietswijn’ teveel uit de Wijncatalogus van Nicolaas Kleij.
Persoonlijk zou Kerst voor mij ook een stuk ontspannener zijn zonder kerstkaarten. Wildvreemde mensen sturen een liefst zelf in elkaar geknutselde kaart met een cultureel verantwoorde foto uit een ver en onherbergzaam vakantieland. Dan heb ik het idee, dat ik daar met mijn kerstkaart over héén moet. Ik heb daar geen zin in. Ik pas ervoor. Wie mij dierbaar is, weet dat ook wel zonder mijn kerstkaart.
Ontdek meer van De Digitale Stad Nieuwegein
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.