Luisteren

Het is een cadeautje als je een gesprek opvangt terwijl je ogenschijnlijk doelloos op een loopband staat bij sportschool DeMix op een maandagochtend die zonder jou ook wel op gang gekomen was.

Daar stapte ze voort, de trotse grootmoeder die haar vriendin op de loopband ernaast tot in detail bijpraatte over de recente wederwaardigheden rond haar hoogbegaafde kleinkind in een vapeur van nonchalance, zij kon het immers ook niet helpen. De vriendin nam een slok water, keek naar buiten, en vertelde dat ze onlangs geheel eigenhandig een totaal versleten rieten stoel opnieuw had bekleed.

Ik wil me nergens op laten voorstaan (ik heb het ook maar van internet), maar volgens de Chinese filosoof Confucius heeft een mens twee oren en één mond om twee keer zoveel te luisteren als te praten.

Moeilijk!

Uit onderzoek blijkt namelijk dat we gemiddeld 17 seconden luisteren voor we iemand in de rede vallen en zelf gaan praten. Ooit iemand horen zeggen dat hij met iemand gaat luisteren? In plaats van dat hij met iemand gaat praten? Kennelijk is het diep menselijk: we zijn eerder praters dan luisteraars. En vragen stellen is ons vreemd.

Ik moet eerlijk zeggen dat mijn moeder een prater was, en dat vond ik behoorlijk irritant. Had ik een probleem, dan was ik nog geen drie zinnen op weg, of ze wist al raad. Als ik nou gewoon eens afwachtte of die jongen me nog ging bellen.

En als ik in de put zat, was dat nergens goed voor. Daar had ik alleen mezelf mee. Als ik nou gewoon eens elk weekend met mijn verrekijker in de bossen naar vogels ging kijken. En was ik in de war dan ging ze ongevraagd mijn probleem analyseren. Moest ik ineens op onstichtelijke tijdstippen baantjes gaan trekken in het zwembad of op zangles om beter vanuit de buik te leren ademen. Of nog erger: zat ik midden in een verhaal over ruzie met mijn beste vriendin, begon zij doodleuk over een jeugdliefde te praten. Of over een vrouw die was voorgekropen bij de slager. Of over de slager zelf. Dat was me een rauwdouwer als het om vrouwen ging.

Van de week hoorde ik op de sportschool in Nieuwegein twee vrouwen op de loopband met elkaar praten. Naar elkaar luisteren deden ze niet. De een was een Indische vrouw met een knalgeel truitje die maar bleef opgeven over de ongelooflijke prestaties van haar hoogbegaafde kleinkind, terwijl de ander, een wat zwaarlijvige vrouw met een shirt in een onbestemde kleur, op haar beurt hard terugsloeg met de mededeling dat ze geheel eigenhandig een stoel had bekleed.

Ik weet dat ik herhaling verval.

Dat komt omdat we het luisteren verleerd zijn.

Dit bericht werd geplaatst in Niet gecategoriseerd door . Bookmark de permalink .

Wees betrokken. Reageer en geef een reactie op bovenstaand artikel!Reactie annuleren