Eindigend op -ein

Mijn nieuwe buurman komt uit IJsselstein. U begrijpt dat ik daar niet mee praat. Net zo min als een Amsterdammer een kopje suiker zal lenen aan ‘een kakkerlak.’
We zijn geboren in hetzelfde Antoniusziekenhuis, delen een meterkast en lusten allebei geen krenten in onze oliebollen. Van broederschap is echter geen sprake. We blijven elkaar de loef afsteken met welke woonplaats er mooier, veiliger en fantastischer is. (De conclusie was uiteraard Nieuwegein, al had ik het moeilijk ‘onze stad’ te verdedigen op het gebied van uitgaansgelegenheden. Al is het weer een pluspunt te noemen dat onze jeugd in ‘hun’ straten kotst, en niet in de Nieuwegeinse.)Laatst verweet ik een Limburger Brabants te praten als hij wat gedronken had. Pijnlijke stilte. Ik dacht even dat hij erin bleef. In zijn woede, zijn verdriet, zijn totale onbegrip. Een Limburger is namelijk eerst Limburgs, en daarna pas Nederlands. Zoals een Vreeswijker eerst Vreeswijks is, en daarna pas Nieuwegeins.Laten we eerlijk zijn: Nieuwegein bestaat nog niet zo heel lang. We redden nog niet eens ons gezamenlijke gouden huwelijk, met onze 39 jaar. Goed goed: we hebben de tradities en historie van Vreeswijk en Jutphaas om trots op te zijn, maar sinds de jaren zestig zijn we voornamelijk een immigrantentoevluchtsoord te noemen.Utrecht werd geteisterd door woningnood en Nieuwegein blonk uit als schoolvoorbeeld van het groeikernenbeleid. Vanuit het hele land trokken werkzoekenden naar satellietsteden van de randstad. Logisch ook. Want wie wil er niet dicht bij het werk in de Grote Stad wonen, en thuis in de rust van de eigen tuin zitten en de kinderen op straat laten spelen? Een forenzenstad bij uitstek. Bijzonder hieraan is de mengeling van achtergronden die we bij de Nieuwegeiners tegenkomen. Uit alle windstreken is men aan komen waaien. Mijn vader ‘van onder de rivieren’ en mijn moeder ‘van ver daarboven’ zijn hier een mooi voorbeeld van.Nadeel hiervan is dat men ons zou kunnen verwijten ‘een mengelmoes’ te zijn, en dat we niet kunnen pochen op eeuwenlange verankerde Nieuwegeinse tradities. Voordeel is dat we deze zelf kunnen maken. Rijk geïnspireerd door verschillende culturen, vieren we carnaval net zo uitbundig als het Suikerfeest. Daarnaast vestigen we onze tradities door terugkerende activiteiten als de pieremachocheltocht, sluizenloop, authentieke dag, het Vreeswijkse kolksfeest, de Nieuwegeinse feestweek en (op 15 december weer te bewonderen: ) Vreeswijk bij Kaarslicht.Nu heeft IJsselstein al stadsrechten sinds 1310, en een willekeur aan verwoestingen en weder opbouwingen om op terug te blikken, maar verder lijken we niet zo zeer te verschillen. Beide forenzengemeenten, beiden verbonden met Utrecht door de sneltram, en beiden gelegen aan prachtig water. Enkel gescheiden door de A2.Toch. Toch baken ik de gebieden in mijn leven graag af met een eigen vlag, een eigen taal en een eigen lied. Zodat je weet waar je vandaan komt, en dat je die plek tot het bittere einde verdedigt. Rustig IJsselstein. Rustig buurman. Voor nu zal ik dat overlaten aan onze voetbalclubs.

Dit bericht werd geplaatst in Niet gecategoriseerd door . Bookmark de permalink .

Wees betrokken. Reageer en geef een reactie op bovenstaand artikel!Reactie annuleren