Afgelopen woensdag werd in de Raad de begroting 2010 behandeld, de laatste van dit college. Vier jaar gaan snel voorbij. Het college had haar totale communicatieapparaat in stelling gebracht. De gemeentelijk informatie pagina’s stonden weer vol met promotie. Jammer toch dat zo’n College zich zelf zo moet aanprijzen. Kennelijk is er niemand die hen wijst op de averechtse effecten van dat gedoe. Alhoewel dat in de Raad die avond wel gebeurde.Overigens werd de Raad volgens de pers vooral geacht om een keuze te maken tussen hondenpoepbeleid met verhoging van de OZB of geen hondenpoepbeleid en geen verhoging van de OZB ( Onroerend Zaken Belasting samen met de rioolrechten en vuilafvoer rechten behorende deze tot de gemeentelijke belastingen.) De bedenker in het college van dit dilemma heeft mijns inziens niet veel achting voor de pers noch voor de Raad. Maar inderdaad na de behandeling van de begroting bleek in het AD hoedenpoep praktisch het enige onderwerp van publicitaire waarde. Verbazingwekkend.Maar ja een college dat voor 2010 oude speerpunten herhaalt die al bijna vier jaar lopen, hoeft ook niet op veel achting te rekenen. Zo waren daar weer: “Samen werken voor de stad”, “Trots op de stad” en “De stad op orde”, enz. Vooral “De stad op orde” boeit mij. Ik zag zoiets altijd als een elementaire taak van de gemeente is. Daarvoor betalen we ze toch. En u vroeg zich net als wij af waarom er zoveel eigenlijk niet op orde was. Onbegrijpelijk, inderdaad.Het is terecht dat dit college er dus aandacht aan besteed. Het is verbazingwekkend dat we vier jaar daarna nog steeds doen of dat bijzonder is. Bakken met geld uitgegeven mag leiden tot de constatering dat de stad inderdaad nu redelijk op orde is. Wanneer u belt bestaat er een goede kans dat er ook gereageerd wordt. Normaal eigenlijk en er hoeft niemand voor naast de schoenen te lopen. Het is typerend voor dit college en deze stad dat over al die normale zaken zo’n heisa gemaakt wordt. Zo’n hoofdstuk bestuurlijk perspectief, want daar horen die speerpunt bij, zou overigens de helft korter kunnen zijn. Hetzelfde kan voor de hele begroting gezegd worden.Murf geslagen door die 115 pagina’s plus bijlagen, is het gemiddelde raadslid de weg al lang kwijt. Het zal allemaal wel. En wanneer dan de man, met de meeste gemeentelijke financiële kennis van de raad, roept dat het goed is, voorwaar een veel grotere verantwoordelijkheid dan hij zich misschien altijd realiseert, zakt iedereen tevreden in zijn of haar stoel. Dan wordt er gekeken naar het vraag en antwoord spel. De ambtenaren kijken zwijgend toe wetend dat hun werk het beoogde resultaat weer gerealiseerd heeft.Geen woord over de echte zaken. Zoals de vraag waarom we allerlei dingen willen, moeten en of dat nog steeds zo is? Geen inhoudelijke analyse van de situatie en de consequenties voor de financiën van de stad. De wethouder van financiën geeft terecht aan dat dit College niet over haar graf heen wil regeren maar vergeet dat er in de besluiten vele zaken zijn die in de toekomst veel invloed hebben op die gemeentelijke financiën. Zo is de risicoanalyse niet compleet. Zo is de geschatte vermindering van de bijdragen uit het rijk aan de gemeente veel te optimistisch.Zo is het weerstandsvermogen, zeg maar de mogelijkheid om de risico’s te dragen, op de lange termijn onvoldoende. Correctie daarvan betekent bijstorten uit de lopende rekening. Die staat straks toch al ver beneden peil gezien de combinatie van extra uitgaven en verminderende inkomsten. Ik ken een wethouder van financiën die vier jaar lang heeft moeten worstelen met slecht nieuws en bezuinigingen. Na hem verscheen dit college en gaf geld uit als water. Het is duidelijk dat er weer zeer magere jaren aankomen. Maar daar was deze begroting niet helder over. U weet wel: “lage lasten veel voorzieningen.” Vrij vertaald: potverteren.Ach ja en dan is het hondenpoepbeleid toch aangenomen en de OZB hoeft niet eens omhoog. Wat uitstel van executie is. Naar verluidt heeft de burgemeester in de wandelgangen staande de vergadering wat budgettaire ruimte veroorzaakt. “De wonderen van Nieuwegein.” Het kan en moet veel beter!