Extreem

Ik was vanmorgen op alles voorbereid. Gistermiddag om 12.36 kwam het eerste verontrustende bericht binnen. Het zou vannacht gaan sneeuwen. En het KNMI sloot niet uit dat er aanzienlijke hoeveelheden zouden gaan vallen bij een stevige wind, die zomaar kon aanwakkeren tot windkracht acht. Even viel het woord ‘sneeuwstorm’.

Kordaat besloot het KNMI tot een weerwaarschuwing, code geel: “het weer is potentieel gevaarlijk, hoewel de verwachte weerfenomenen niet uitzonderlijk zijn, maar wees voorzichtig indien je activiteiten gaat uitoefenen die door het weer een risico inhouden. Blijf op de hoogte van de meteorologische omstandigheden en neem geen risico’s die je kunt vermijden”.

Tegen half vier stond de hond nogal opdringerig bij de voordeur. Ze wilde naar buiten. Ik gluurde door het raampje. Het leek vrij rustig. Ik was er helemaal niet zeker van of ‘de hond uitlaten’ bij code geel wel verantwoord was. Misschien was het wel een activiteit, die door het weer een risico inhoudt. Daarom was ik blij dat ik weer binnen was. Maar het zat me helemaal niet lekker. Er hing iets in de lucht.

Om 19.23 uur hakte het KNMI de knoop door. Er werd opgeschaald naar extreem weer, code oranje: “het weer is gevaarlijk. Er worden ongewone meteorologische omstandigheden verwacht. Schade en ongevallen zouden kunnen optreden. Wees erg waakzaam en informeer je regelmatig en nauwgezet over de verwachte weersomstandigheden. Wees op je hoede voor gevaren, die mogelijk onvermijdelijk zijn. Volg elk advies op van de bevoegde instanties.”

In het journaal van tien uur werd nog eens nauwgezet doorgenomen hoe laat het waar in Nederland zou gaan sneeuwen. Het was duidelijk: de zware sneeuw zou het westen rond middernacht bereiken om kort daarna uit te waaieren over het midden van het land. Utrecht kon zomaar rekenen op 5-10 centimeter. In Limburg kon het later op de dag wel tot 20 centimeter oplopen. En dan hadden we het nog niet eens over de wind gehad.
Mijn man is nog vóór Pauw en Witteman op een holletje naar buiten gegaan met de hond.

Inmiddels had de NS ook maatregelen genomen. In de brede Randstad (zeg maar half Nederland) rijden er in plaats van vier slechts twee treinen per uur. Dat is om te voorkomen dat treinen elkaar bij extreem weer in de weg zitten. Ik vind dat heel sympathiek voor die treinen. De KLM laste preventief 71 vluchten binnen Europa af, omdat het heel veel werk is om de vleugels van vliegtuigen weer sneeuwvrij te krijgen.

Ik was dus op alles voorbereid vanmorgen. Buiten was het wit. Er lag een vleugje sneeuw, het waaide nauwelijks, maar ik wist dat ik me niet om de tuin moest laten leiden. Het was zó verraderlijk. Voor ik het wist was ik niet voldoende “op mijn hoede voor gevaren die mogelijk onvermijdelijk zijn”.

Ik hoefde mijn rugtas niet te checken. Hij stond naast de voordeur. Ik wist dat er een radio op batterijen in zat, een zaklamp, een eerste hulp doos met handboek, lucifers in waterdichte verpakking, een warmhouddeken, een set gereedschappen en natuurlijk een waarschuwingsfluitje. Voorzichtig trok ik de voordeur open. De hond stormde naar buiten. Dat is haar niet aan te rekenen, zij kan het ook niet helpen dat ze de codes niet kent. Eenmaal buiten viel het me enorm mee.

Het sneeuwde.
Een beetje.
Er lag een laagje.
En het waaide amper.

Ik voelde me een beetje opgelaten.
Niemand in het parkje had zo’n rugtas mee.
Ik was de enige.

Inmiddels weet iedereen het.
Het liep zo’n vaart niet.
Het ging niet sneeuwen.
In ieder geval niet heel erg.

Zou het KNMI dat ook weten?

Dit bericht werd geplaatst in Niet gecategoriseerd door . Bookmark de permalink .

Wees betrokken. Reageer en geef een reactie op bovenstaand artikel!Reactie annuleren