Het lokale debat over meer koopzondagen is losgebarsten en dat stelt de Nieuwegeinse politiek voor de vraag‘52 koopzondagen: onmisbaar of onwenselijk?
Vanuit liberaal oogpunt is het te begrijpen dat inwoners en gemeenten de ruimte moeten krijgen zelf te bepalen hoe ze de zondagsopenstelling benutten. Maar blijkbaar met het gemak van de consument voorop en méér koopzondagen als het summum van vrijheid.
Een dergelijke benadering reduceert de mens bijna tot een wezen dat enkel geïnteresseerd is in kopen en dus voor alles consument is, “ik winkel dus ik besta”. Zo wordt de economie van de maximale opbrengst ook op zondag dominant en dat zal ons overleveren aan de 24-uurs economie.
Het lijkt soms een zwaktebod om in een moderne samenleving terug te grijpen op oude waarden maar naast economische zijn er óók sociale functies; in een gezin, in een buurt, in het verenigingsleven en daar moet balans tussen blijven. Werken, geld verdienen en economie zijn belangrijk maar een mens leeft van meer dan brood alleen. Daarbij past terughoudendheid in het verruimen van de winkeltijden om zo ruimte te geven aan iets onmisbaars als een samenleving van zorg en tijd voor elkaar. Oók voor de kleine ondernemer, die niet alleen wil concurreren maar zijn werk met zijn sociale leven wil kunnen blijven combineren.
Roelof de Wild
Raadslid CDA
